klok

Tegenwoordig is het bijna niet meer uit ons leven weg te denken. Hetzij op een mobiele telefoon, aan de muur, aan een bandje om een pols of in het hoekje van je computer-/laptop-/tabletscherm. Er was een tijd dat dat heel anders was en mensen op andere manieren bepaalden welk moment van de dag het was. Waarover ik het heb? De klok!

Zonnewijzer

De eerste klokken die lijken op de analoge klokken zoals wij die tegenwoordig kennen stammen al van een behoorlijke tijd terug. Rond het jaar 1500 voor Christus werd de eerste bij ons bekende ‘zonnewijzer’ gemaakt. Een zonnewijzer is een vlak, meestal in de vorm van een cirkel of een vierkant, met daarop een omhoog wijzende langwerpige vorm (de wijzer). Aan de hand van de plek waar de wijzer een schaduw maakte lazen onze voorouders de tijd af.

Een spijker als wekker

Tegenwoordig gebruiken we kaarsen vooral om sfeer te creëren. Vroeger werden ze praktischer gebruikt: voor licht, warmte, maar ook voor het aflezen van de tijd. In de nacht was er geen zon waarnaar gekeken kon worden om de tijd in te schatten, maar men wist wel hoe lang een kaars ongeveer zou branden en dus hoe lang de nacht nog ongeveer zou duren. Ze werden ook gebruikt als wekkers. Er werd een spijker in de kaars geduwd op de plek waar de kaars ongeveer zou zijn opgebrand op het gewenste moment van wakker worden. Door het smelten van de kaars zou de spijker eruit vallen, en degene die ‘de wekker’ had gezet wakker worden.

Uitgelicht : RVS klok

Sprong in de tijd

Pas veel later, nadat kloosters al een tijdje over klokken beschikten waarop hele uren konden worden afgelezen, werd rond de 17e eeuw de eerste mechanische klok ontworpen, de zogenaamde ‘slingerklok’. De slingerklok maakte het aflezen van de tijd een stuk nauwkeuriger. Een klok waarmee men niet alleen de uren nauwkeurig kon achterhalen, maar ook de minuten en zelfs de seconden. De slingerklok werkt niet op stroom of batterijen. Onder het uurwerk hangt de zogenaamde ‘slinger’. Zolang de slinger heen en weer gaat zal de klok het blijven doen. Heel handig waren deze klokken dus nog niet – de slinger moest steeds weer een zetje krijgen om te zorgen dat de klok zou blijven werken. Later kwamen er klokken die men op kon winden, zodat er niet telkens handmatig een duwtje hoefde te worden gegeven.

Tip: Leisteen klok

Een klok in elk huis

Toen ik opgroeide was er in vrijwel elk huis wel een klok te vinden, vaak in elke ruimte minstens één, en op de slaapkamer een digitale met rode cijfers en een wekkerfunctie waarbij je kon kiezen tussen een luid gepiep of radiomuziek om mee wakker te worden.

Tegenwoordig lijkt het hebben van een klok in huis een beetje uit het straatbeeld te verdwijnen. Steeds meer kinderen blijken moeite te hebben met het lezen van de tijd op met name de analoge klok, simpelweg omdat ze hem niet meer zoveel tegenkomen. Toch is het vinden van ‘de tijd’ over het algemeen niet moeilijk; wij mensen weten graag hoe laat het is en komen bij een afspraak meestal liefst op tijd. Soms tellen we misschien nog het aantal slagen van een kerkklok of zien we de tijd op een klok op het station, maar vaker vinden we de tijd tegenwoordig op het scherm van onze telefoon of computer. Die telefoon fungeert vaak ook meteen als wekker (toch betrouwbaarder en brandveiliger dan een kaars!) en daarbij kunnen we dan nog zelf het liedje kiezen waarmee we wakker worden ook.